Het Wereld Natuur Fonds (WWF) vreest dat de monsterkrab de natuurlijke balans voor de Noorse kust en mogelijk ook in de Noordzee ernstig gaat verstoren. De natuurorganisatie pleit daarom voor onderzoek naar de uitheemse krab en wil dat de Noorse regering de vangstquota voor het dier opheft. De monsterkrab (officieel rode krab of Kamtsjatka-krab geheten) komt nu alleen voor bij Noorwegen, maar het WNF sluit niet uit dat de reuzen ook naar warmer water oprukken. Mogelijk leeft de krab over een aantal jaren ook voor de Nederlandse kust en elders in Europa. “Deze soort hoort hier niet thuis. Hij kan een grote verstoring teweeg brengen”, aldus een woordvoerster van het WWF. Ongeveer tien tot vijftien miljoen monsterkrabben vreten de oceaanbodem bij Noorwegen momenteel al kaal, meldde donderdag de zegsvrouw. De krab heeft poten met een lengte tot negentig centimeter en een lijf met een diameter tot vijftig centimeter. Het dier kan 4,5 kilo zwaar worden en propt zich vol met mosselen en wormen. Het WNF signaleert dat het dier ook een bedreiging kan zijn voor de natuurlijke vispopulatie. De monsterkrab kwam aanvankelijk alleen voor in Alaska en bij Kamtsjatka (Noord-Azië). Hij werd in 1960 in opdracht van Stalin per trein- en vliegtuig in de zee bij Moermansk geïntroduceerd. De krab moest daar als voedsel dienen voor de bevolking die daar woonde en werkte bij het stationeren van de onderzeese Sovjetnucleaire vloot. Na het uiteenvallen van de Sovjet Unie en de ontmanteling van de basis, kreeg de monsterkrab vrij baan en namen de soort en zijn leefgebied toe.