Het is weer tijd voor de herfstmonitoringduik bij Middelharnis. Helaas missen we de rolbrug net en moeten we acht minuten in het zonnetje staan wachten. Behoorlijk warm in een droogpak. Heerlijk als je dan eindelijk het Haringvliet in kan stappen. In tegenstelling tot de vorige vijf monitoringsduiken ziet het water er nu helder uit. We besluiten gelijk door te peddelen naar de meetboei van Rijkswaterstaat. Hier laten we ons zakken en het zicht schat ik in op ruim anderhalve meter. Voor hier is dan heel veel, want meestal hebben we rond de 20 a 30 cm. Marielle zoekt de ketting af en ik maak eerst nog een rondje om en in de boei. De zoetwatersponzen van vorige jaar kan ik niet terugvinden. Ik zie een mooie schone oranje gekleurde quaggamossel, waar ik wat fototijd aan besteed. Vervolgens laat ik me zakken langs de ketting in Marielle d’r bellenbaan en even later zijn we weer samen. Rond de 6 meter zitten naast de talloze quaggamosselen ook veel kokers van de Kaspische slijkgarnaal. De openingen zijn 2-3 mm groot. Aandachtig speur ik of ik misschien een garnaaltje zie. Helaas, zie ik geen leven, maar 0,5 meter dieper zie we wel ineens hele kolonies met Hydra’s. Ik schiet diverse foto’s in de hoop dat er wat goeds tussen zal zitten. Rond de 9 meter neemt zicht snel af naar een halve meter. We komen steeds meer stukken tegen met veel kokers van de Kaspische slijkgarnalen. Ik schiet op goed geluk diverse foto’s. Rond de vijftien meter komen we op de bodem en het zicht is tot 30 cm teruggelopen. We schieten kompas richting het zuiden en langzaam gaan we over de bodem omhoog. Eerst passeren we nog een paar ‘putten’ waar diverse baarzen liggen te rusten. Ook talloze (zwartbek)grondels liggen ons aan te kijken. Vanaf acht meter zie we weer wat daglicht. Ik zie een grote wolhandkrab tegen. Deze is te snel voor de foto’s. Later nog twee kleintjes, waarvan eentje zich tijdens het ingraven laat fotograferen. We zien diverse Aziatische korfmosselen, die half uit het zandsteken. Rond de twee meter op het zand honderden Grote Diepslakken of Jenkinswaterhoorn (ik kan het verschil niet zien) en een Vijverpluimdrager. Ons pad kruist ook nog een behoorlijk agressieve Geknobbele Amerikaanse rivierkreeft. Bij de kant (o,5 meter diep) zit het helemaal vol met Reuzen vlokreeften. Leuke monitoringsduik, maar net als eind augustus verbaas ik me er weer enorm om het feit, dat er nagenoeg geen waterplanten te vinden zijn. Slechts een paar plukjes Zittende Zachianella, wat Aarvederkruid en een paar sprieten Fonteinkruid. Vorige jaar zwommen we ons helemaal vast in de planten. Onverklaarbaar! Vier dagen later thuis op de computer komen we er achter dat ik zonder dat ik het wist drie slijkgarnalen op foto heb gezet. Geen top foto’s, maar wel super leuk. |
| |