Vandaag weer eens een nieuwe duikstek verkennen. Het is de vuilnisbelt op Tholen geworden. Het water ziet er vanaf de kant helder uit. De droogpakken hebben we maar thuis gelaten, want met 30 graden is dit niet te doen. We gaan erin bij de trap op de kop van de dijk. Timo gaat een stukje mee om nog een stukje te snorkelen. Als we ondergaan zwaaien we nog even naar Timo, die het water in zijn blote bast toch wel erg koud blijkt te vinden. We zwemmen diagonaal naar beneden richting het oosten. Het zicht is zo’n vier meter en de watertemperatuur 20 gaden. Rotspartijen, oesters en zandvlakten wisselen elkaar af. Diverse kreeften, plooislakken, galathea’s, zeedonderdpad, zeenaalden laten zich zien. Mariëlle laat we nog een ruig krabbetje zien. Helaas geen foto, want die hebben we een keertje thuis gelaten. We zwemmen door tot op een diepte van ruim 20 meter. Hier draaien we en gaan langzaam weer water ondieper. Op ruim 10 meter vinden we een aantal sepiatentjes. Ik laat Mariëlle een aantal verse sepiaeitjes zien. Jeetje, die zijn laat dit jaar. Als die uitgaan komen, krijgen de jonge sepiaatjes het wel heel zwaar in de aankomende herfst. Ik zoek nog naar de ouders, maar kan ze niet vinden. We vervolgen onze weg naar het westen en op een diepte van vijf à zes meter vinden we heel veel zeeanjelieren in de witte en mooie oranje kleuren. Als we ter hoogte van de baai komen wordt het zicht behoorlijk slechter en loopt het terug naar zo’n twee meter. We zwemmen parallel aan de dijk de baai in en al gauw is het nog maar anderhalve meter diep. We kijken even boven en zien Timo veertig meter verder is het water lopen. We snorkelen naar hem toe, want duiken gaat hier niet meer. Het water is hier met laagwater nog 50 cm diep. |
| |