Duik 572 (Dreischor Reefballs, woensdag 26 november 2014, 19.45u) Het is de hele dag al grijs buiten en nu begint het ook nog eens te motregenen. Mijn duikspullen liggen in de auto en ik wacht op Goof en Cornelis. Vanavond duik ik in mijn natpak en ik moet eerlijk toegeven dat ik dat diep in mijn hart niet echt zie zitten. Mijn droogpak is voor een nieuwe rits en een ringsysteem voor droge handschoenen weg naar Dive Repairs in Maasbracht. Voor vanavond had ik twee keuzes. Ofwel niet duiken, ofwel gewoon gaan en het stof op mijn oude vertrouwde natpak eraf duiken. De drang om te duiken en te fotograferen heeft het gewonnen van mijn afkeer tegen het duiken in een natpak bij de huidige water- en luchttemperaturen. De woensdagavond duik met Goof laat ik daarom gewoon doorgaan. Cornelis haakt vanavond ook aan, dus aan gezelligheid geen gebrek vandaag. Goof heeft aangeboden om te rijden, want in zijn busje is dat toch net wat handiger met zijn drieën. Die aanbieding sla ik niet af, een keer niet rijden is ook wel eens lekker! Ik stap in de heerlijk warme auto en we vertrekken richting Zeeland in het erg sombere weer. Cornelis gaat vanavond zijn zeshonderdste duik maken en heeft voor een stuk taart gezorgd. Goed vooruitzicht! We missen de omleidingborden om bij Dreischor te komen en via een omweg arriveren we op de duikstek in het pikkedonker. Ik zie dat er weer een Dixie staat met goede verankering, dus er wordt toch aan de winterduikers gedacht. Ik kleed me snel om en moet daarbij echt even omschakelen. Het vooruitzicht van die koude klets water in mijn nek en over mijn rug doet me gruwelen, ik beschouw de aanschaf van mijn droogpak bijna vier jaar geleden toch echt als een van de beste keuzes ooit in mijn “duikcarrière”. Maar goed, niet zeuren, de keuze om vanavond toch nat te duiken is er één die ik zelf gemaakt heb. Snel trek ik alles aan en als eerste lig ik in het water. Het water is helder, maar de eerst paar meters staat er wel wat golfslag door de wind. Ik laat me zakken langs de oude dijkwand en zoek naar leuke onderwerpen. Het grote aantal grondels valt erg op en ik besluit vanavond weer eens wat mooie visportretjes te proberen. De reefballs zie ik al van ver liggen door het goede zicht en besluit daar eerst maar eens een toertje over te doen. Ik zweef over de reefballs en geniet van het zicht. Nachtduiken in het Grevelingenmeer is toch altijd weer zeer relaxt en kleurrijk. De rode wieren op de oude zeedijk geven een mooie gloed en op en rond de reefballs is ook nog genoeg kleur te vinden. Het lamplicht bij nachtduiken geeft altijd een mooier beeld van de kleuren dan bij duiken overdag vind ik. Een grondeltje op de rand van zo’n reefball blijft mooi liggen. Met wat wijzigingen in de instellingen van de camera en flitsers krijg ik een leuk plaatje, maar ik ben nog niet echt tevreden. Geduldig duik ik verder en kijk goed rond. Ondertussen zit ik een stukje ten westen van de reefballs en zie op het vlakke deel onderaan de oude zeedijk ontelbaar veel grondels liggen. De een ligt er nog mooier bij dan de ander. Toch heb ik vanavond last van schichtige grondels, dus het kost me dus moeite om zo’n grondel in die mooie positie te houden. Ik duik terug richting de reefballs en zie nog net de staart van een vorskwab in een gat verdwijnen. Helaas is hij onvindbaar. Mijn voeten beginnen flink koud te worden en ik merk dat mijn huidige natpak eigenlijk net een tikje te groot is. Er circuleert toch echt te veel water rond naar mijn zin en dat is alles behalve comfortabel. Mijn concentratie wordt zienderogen minder door de kou en ik besluit na vijftig minuten dat ik maar weer eens richting de steiger moet gaan. Op de overgang van de dijkwand en het ondiepe deel zie ik ineens een erg vreemd tafereel. Ik zie namelijk twee grote zeenaalden, ongeveer een halve meter van elkaar, vertikaal in het water hangen. Als ik dichterbij kom laten zich wat zakken, maar als ik me dan weer wat laat afzakken gaan ze weer terug in die verticale positie. Dit gedrag heb ik nog nooit eerder gezien, maar het ziet er gaaf uit! Even later zie ik zelfs nog een derde zeenaald die precies hetzelfde doet. Helaas kan ik er met mijn macrolens geen foto van maken, dat is wel erg jammer. Het wordt nu echt tijd om er uit te gaan en ik zwem op één meter diepte richting de steiger, plotseling valt mijn oog op een heel klein diertje wat net onder het water oppervlak zwemt. Ik herken het, het is een sepiola! Wat apart zeg, snel volg ik het diertje en probeer foto’s te maken. Helaas werpt de deining roet in het eten en lukt het me niet om een mooie actiefoto te maken. Ook keert de sepiola steeds zijn kont naar mij toe. Dat is sowieso niet echt interessant voor een foto vind ik, maar ik geniet wel van het tafereel. Als de sepiola ineens met wat inktwolkjes afscheid van mij neemt is het feestje voorbij en zwem ik meteen door naar de steiger. Goof komt net achter mij het water uit en is verbaasd dat ik er nu pas uit ga. Bij de auto probeer ik zo snel mogelijk mijn natte troep uit te trekken en mijn droge kleren aan te doen. Man man…wat is die wind guur, ik voel mijn voeten ook niet meer. Tot overmaat van ramp storen twee toezichthouders van het recreatieschap mijn omkleed festijn, net als ik bijna in mijn blote kont sta met mijn natte voeten op het koude asfalt. Maar goed, de twee heren zijn erg vriendelijk en maken een kort praatje met ons. Als ze weer weg zijn, ben ik blij dat ik eindelijk mijn kleren aan kan doen. Ik vul snel mijn duikfles en neem mijn toevlucht in de al warm draaiende auto. Voordat we weer richting huis vertrekken, genieten we eerst nog even van een flink stuk vlaai die Cornelis mee genomen heeft om zijn zeshonderdste duik te vieren. Proficiat Cornelis, op naar de zevenhonderd! Max. diepte 8,5 m, temp. 9gr.C., zicht 6m, duikduur 63min. |
| |