| Gedoken op de MFP 920 D-M (11e flottieltje) In 1940, na de inname van het vasteland van West_Europa door de Duitsers, werd een landing op Engeland gepland. Hiervoor werden in korte tijd honderden rijnaken omgebouwd tot landingsboot. Pas in september 1940 ging de Kriegsmarine er toe over eigen landingsboten te ontwerpen. Op 5 december 1940 werden orders gegeven een prototype te bouwen. Eind augustus 1941 waren Marinefahtprahme (MFP) vervaardigd op zeven Duitse en tien Hollandse werven. De marine had hoge verwachtingen van deze boten, maar tijdens hun eerste actie, de landing op het Russische eiland Oksel (nu bekend onder de naam Sarema) bleken de kwaliteiten op een groot aantal punten minder dan andere reeds in gebruik zijde typen. De productie werd niet stopgezet, maar wel kwamen verschillende verbeterde versies; aangeduid met A,B,C en D Technische gegevens: lengte: 47,05 meter; breedte: 6,53 meter; diepgang: voorzijde: 0,97 meter en achterzijde: 1,45 meter. vermoedelijk in november 1944 op een min gelopen |
| |
