Het zicht in Zeeland is momenteel zeer matig tot slecht, dus ik besluit weer eens een kijkje te
gaan nemen in het Oostvoornsemeer. Het is windkracht 6, dus ik rij door naar slag
Baardmannetje, dat nog enigzins in de luwte ligt. Binnen twintig minuten stap ik rechts langs
het taludje het water in. Het zicht is aangenaam en rond de 5 meter. Temperatuur sinds
vorige week alweer opgelopen met drie graden en bedraagt 5 graden. Het is even zoeken en
dan vind ik het bandenspoor. Op mijn gemak duik ik langs het spoor. Ik zie gelijk een flinke
tarbot, maar deze laat zich niet fotograferen. Verder zitten er met grote regelmaat
strandkrabben op of naast de banden en af en toe een grondeltje. Mossels zijn ook ruim
aanwezig. Langszaam kom ik steeds dieper en dan bezoek ik het oude stalen wrakje en het
klimrep op een meter of twaalf. Dit zit helemaal vol met mosselen, zeepokken. Af en toe een
stukje hydroid en een verdwaalde aasgarnaal. Ik probeer dit kleine spul goed vast te leggen op
de foto, wat erg lastig is. Als ik bezig ben met foto’s maken zwemmen er ook nog twee
amerikaanse ribkwallen langs. Na 40 minuten besluit ik weer op mijn gemak terug te gaan. Ik
kom nog een grondelspaartje tegen en tweemaal een flinke tarbot. Gelukkig blijft een tarbot
en het koppeltje grondels met liggen voor een of meerdere foto’s. Helaas is het wel erg stoffig
zo net boven de bodem. Als ik redelijk tevreden bent over de foto,s duik ik stevig door naar de
steiger. De veiligheids stop heb ik al gehad tijdens de foto’s, dus ik kan in een keer door naar
de steiger en trap en na dik een uur sta ik weer bij de auto. Oostvoornsemeer is grappig om
weer eens gezien te hebben, maar veel diversiteit aan leven is er nog niet. |
| |