Sinds twee weken zien we overal meldingen van een exotische slak, die in het Veersemeer
voorkomt. Na de duik op de kentering aan de zuidzijde van de Oosterschelde is het maar 7 km
omrijden. Met twee halve flessen hebben we nog genoeg tijd voor een ondiep scharrelduikje
naar deze exoot. Na even de stek verkend te hebben kleden we ons om. Er staan al twee andere
duikauto's en hiermee is de duikstek eigenlijk vol. Veel parkeerruimte is er niet. Bij de instap is
het even opletten met te water gaan, maar geen probleem als je oplet waar je je voeten zet. Even
later laten we ons onder zakken. Huh, binnen een seconde het ik drie exemplaren van het
exotische slakje gevonden. Mariëlle is een stukje door gedoken en uit het zicht. Er hangt een
zweem in het water, waardoor het zicht maar matig is. Ik schat het zicht op een ruime twee
meter. Prima voor het zoeken naar slakjes. Ik zoek Mariëlle weer op en zie dat ze foto’s aan het
maken is. Ze heeft ze inmiddels ook gevonden zie ik. Inmiddels heb ik de teller al op zeker
honderd stuks staan. De Trinchesia Albopunctata (Witgestippelde knuppelslak) komt hier echt
massaal voor. Ik heb in de diverse berichten op internet gelezen dat er nog DNA-onderzoek moet
plaatsvinden voordat het diertje een definitieve naam zal krijgen. Deze knuppelslak is tot op
heden alleen bekend van het eiland Ischia in de Golf van Napels en een klein gebied aan de
Spaanse kust van Palamós tot l'Escala. Hoe is dat beestje hier dan terecht gekomen? Via de boeg
van een plezierjacht ofzo??? Ik speur het rifje af en vind exemplaren tot maximaal 4 meter. Het
roodwier zit er helemaal vol mee. Het slakje is niet de enige nieuwe waarneming die we vandaag
doen. In het rode pluimwier zitten ook talloze Japanse kruiskwallen. Deze diertjes lijken zich wat
vast te houden in het roodwier. Heel af en toe zwemt er eentje vrij, maar die zit heel snel weer
vast in het wier. Ik schat dat de diertjes gemiddeld zo’n 3 centimeter groot zijn. De kruiskwallen
zijn giftig, dus oppassen dat je ze niet in je gezicht krijgt. Nu zijn het er niet zo veel, dus ik maak
me niet veel zorgen. Af en toe tintelt er wat op mijn wang en voorhoofd. Het is een licht
brandend gevoel, dat niet door de Japanse kruiskwallen komt, maar door de afstervende
zeevonk. Bijzondere duik vandaag met al deze nieuwe waarnemingen. Mariëlle geeft
da camera na 25 minuten over en ik kan mijn slakje gaan vereeuwigen. Ik laat me weer iets
dieper zakken en zoek naar een bovengemiddeld grote slak. De diertjes zijn schat ik 1 à 2 mm. Af
en toe vind ik er eentje die richting de 3 mm gaat. Ik flits er vrolijk op los. Misschien een beetje
overdreven om zestig foto’s van een en dezelfde slak te maken, maar het gaat lekker en ik wil
zeker weten dat er thuis een super scherpe slak op staat. Na ruim een kwartier slakken
fotograferen schakel ik over op de kruiskwallen. Ik zou deze bijna vergeten. Deze zijn best donker
en de flitser met snoot en diffuser staat inmiddels op vol vermogen. Na een paar foto’s geeft de
flitser aan dat de batterijen vervangen moeten worden. Ik zet alles nog even uit in de hoop dat ik
er nog een of twee flitsen uit kan persen, maar na minuten wachten gaat het hem niet worden. Ik
duik weer terug richting het trappetje en kijk even boven water ter oriëntatie. Ik zie Mariëlle al
staan wachten in de regen. Zo ondiep staat alles vol met viltwier en hierin tig groene wierslakken.
Eigelijk ook heel mooi, maar met het erin gaan helemaal niet op gelet. Ik was veel te veel afgeleid.
Bij de auto even mijn gezicht afspoelen met zoet water, zodat de zeevonk weer is weggespoeld.
Je voelt het wel, maar het was niet heel vervelend om mee te duiken. |
| |