Al zes keer op rij naar Dreischor, dat heb ik nog nooit gedaan. Het is wel de laatste keer, want de
donderpadnestjes komen nu massaal uit lazen we op FB. Vorige week woensdag waren we net
een dag te vroeg, want de dag erna zwommen de eerste baby’s de wijde wereld in. Mariëlle moet
werken dus ik kan mijn eigen plan trekken. Ik besluit eerst naar het westelijke nest op 3,5 meter
te vertrekken. Hmmm, ik weet zeker dat ik goed zit, maar geen donderdpad te zien, laat staan
een nest. Er zit nu een klein zwemkrabbetje. Jammer, gelijk naar de rifbolen op ruim 8 meter. Ik
zie Marloes foto’s maken bij het paaltje. Zal ik even dag zeggen? Ze is geconcentreerd bezig dus ik
zwem door naar de rifbol met het rotsblok. Ik twijfel even, heeft iemand nu weer lopen sjouwen
met dat basaltblok? Waarom? Balen, geen nest te vinden. Tegen beter weten in zwem ik nog even
richting het witte oostelijke nest op 6,5 meter. Inderdaad, ook geen nest, maar wel weer een
krabbetje. Misschien kan ik het ondiepe nest onder de steiger nog vinden. Resultaat wederom
negatief, dan rest mij nog een nest aan de westkant. Deze is zeker drie weken jonger en kan nog
niet uit zijn. Ik ben hier nog maar eenmaal geweest en weet niet zeker of ik de plek nog weet.
Helaas herken ik de plek niet meer en denk ik na 40 min en nu? Ik besluit de driekantige
kokerwormjes te gaan vereeuwigen. Er moeten natuurlijk wel foto’s worden gemaakt. Vorige
week zo enorm stom geweest om te gaan duiken met een flitser zonder batterijen en O-ring. Hoe
dom konden we zijn. Het logverslagje van deze duik is te erg voor woorden, zodat ik het maar
niet op FB of duikeninbeeld heb willen zetten. Nu gaat het fotograferen heerlijk. De nieuwe flitser
is super snel en hoeft eigenlijk niet te laden. Met onze nieuwe snoot ben ik zeer tevreden. Er zit
een soort prisma in om de enorm sterke pilotlamp om te leiden, zodat je goed kan focussen. Veel
meer licht dan bij de oude snoot. Ook zit er nu een diffuser tussen. Het licht lijkt veel mooier, het
is mooi verstrooit en zacht. Ik zoom maximaal in en nog steeds denk ik super. Ik maak een foto
van een witte en twee blauwe kokerwormpjes en zoek hard naar een gele variant. Deze laat zich
vandaag niet vinden. Ik zwem weer terug naar het paaltje bij de rifbollen. Hier nog een paar
noordelijke knuppelslakken gefotografeerd. Altijd een klus om deze er goed op te krijgen.
Vervolgens nog even naar het metalen rek. Het is echt een gammel ding. Hoe lang zou deze
blijven staan vraag ik me af. Ik zie dat de pijlinktviseieren hun beste tijd nu wel gehad hebben. Ik
zie nog nog een viertal knuppelslakjes en een tergipes van 2 mm. Pfff, wat een gehannes om dat
er goed op te zetten. Ik probeer ook nog de tentakeltjes van de zeedraad te vereeuwigen. Geen
idee of het lukt. Eigelijk zie ik niet wat ik doe. Ik kijk even op de manometer. Ah, nog 50 bar. Tijd
om weer richting de steiger te gaan. Ik lig er alweer ruim 80 minuten in en ben wederom blij met
mijn nieuwe wanten, geen koude handen meer. Ik duik rustig terug. Voor de zekerheid nog even
via de voormalige plek van het ondiepe donderpadnest. Hij is er wederom niet. Ik klauter de trap
weer op. Heel tevreden over mijn plaatjes, maar ook wat verdrietig, omdat ik zes weken op rij
ben gaan kijken en de donderdpadjes blijkbaar op een haar heb gemist. |
| |